kracht te geven het licht “omwille van de Schepper”
te ontvangen, dient een zievoeg A”B-
Sa”G plaatsvinden, en dit licht daalt van de Sa”G onder de parsa via alle partsoefiem van de
wereld Atsieloet heen tot de juiste plaats af.
160)De lagere partsoefiem, waarop een rol van het op te laten stijgen van Ma”N is opgelegd, -
dat zijn de menselijke zielen (“NaRa”N de tsadiekiem”), die reeds in de werelden BieJ”A
inbegrepen en zij kunnen de Ma”N stijgen in de Zo”N van de wereld Atsieloet, dusde voor
hen hogere partsoef, die stijgt, op zijn beurt, de Ma”N op in zijn hogere partsoefiem: de
Ariech Anpien, Abba ve Iema en noger, totdat zij tot de partsoefiem van de A”K aankomen.
Dan daalt in antwoord op de Ma”N uit de Oneindige wereld het hoge licht in de werelden
A”K neer, die Ma”N daar opsteeg, en op hem komen 10 sfirot uit volgens het niveau van de
aviejoet van de Ma”N, die zich daar bevindt.
Indien hij de bchiena beth is, dan overeenkomt
dat met het niveau nesjama. De bchiena giemel beantwoordt aan het niveau chaja, en de
bchiena dalet roept het licht van het niveau jechieda op. Ook daaruit daalt de mochien van
traptrede tot traptrede via de partsoefiem van de wereld A”K tot de partsoefiem van de wereld
Atsieloet, totdat hij tot de Zo”N van de wereld Atsieloet aankomt, die Z0”N beïnvloeden
middels de mochien de NaRa”N de tsadiekiem (de NaRa”N van rechtvaardigen – vert.), opdat
zij Ma”N uit de BieJ”A stijgen. En de algemene stelregel is daarin besloten, dat elke
vernieuwing van mochien uitsluitend uit de Oneindige wereld komt. Geen enkele traptrede
een Ma”N kan stijgen of het licht chochma ontvangen zonder een aan hem naastgelegen
hogere partsoef.
De wereld Atsieloet bevindt zich vanaf de taboer van de wereld A”K tot de parsa. Onder de
parsa bevinden zich de werelden BieJ”A, waarin de niet-gecorrigeerde zielen zich bevinden.
Indien deze zielen het verkrijgen van krachten middels één of andere handelingen met hun
verzoek kunnen opwekken (één en ander ter correctie van de Zo”N van de wereld Atsieloet),
dan brengen zij dit verzoek hoger, tot rosj de Galgalta van de wereld A”K, welk rosj raakt de
Oneindige wereld aan en wekt het hoge licht ter overbrenging in de BieJ”A.
Het licht, dat zich
van boven verspreidt, is vele malen groter dan de verzoeken van de werelden BieJ”A, doch,
door zich naar beneden neer te dalen en alle partsoefiem en de werelden door te lopen,
reduceert het licht zich tot de grootte van het verzoek in zoverre, dat het de verzoeker geen
schade toebrengt. Waar een partsoef zich zou niet bevinden, hij gewaarwordt slechts degene,
die zich één traptrede boven hem bevindt. Tot hem richt hij zich met een verzoek om hulp, en
slechts tot hem, en niet enkele traptreden hoger. In overeenkomst met het werk aan de
correctie, dus in overeenkomst met het opnieuw verworven scherm, zal zijn positie, dus zijn
traptrede, veranderen. Doch dient hij zich altijd slechts tot de eerste traptrede wenden, die
boven hem is. De zielscorrectie begint vanuit onze wereld.
Een mens van onze wereld, een
tweevoetige eiwitwezen, ontvangt van boven naar binnen het signal, begint tot iets te streven
wat hij niet snapt, zoekt en vindt een Leraar, een groep en boeken, die hij bestudeert. Op basis
van een intens werk samen met een groep, die door een Rav-leraar wordt geleidt, kan een
leerling een fase ieboer in de meest lage geestelijke partsoef bereiken. Verder zullen
geleidelijk zijn gevende vaten, dus G”E ontstaan. Zulke toestand heet katnoet. Het verschijnen
van G”E spreekt over het ontstaan binnen de mens van zijn eigen
kleine wereld Atsieloet met
de aviejoet sjoresj en alef. Het voortzetten van de lessen doet in hem een wens ontstaan om
zich met een verzoek tot de volgende traptrede te richten om hem de mogelijkheid te geven de
vaten van ontvangst te ontvangen, dus om in gadloet over te gaan, dus om, terwijl hij geeft, te
ontvangen. Maar, zoals bekend, op de vaten van ontvangst was de Ts”B gedaan. De wereld
Nekoediem wenste ze te ontvangen en verbraak. Adam haRiesjon wenste met hen te werken
en ook hij verbraak. Hoe kan men toch ze ontvangen? Slechts middels ACha”P de alieja. De
mens verzoekt, om krachten te ontvangen, die hem in staat zouden stellen om met de vaten
204
van ontvangst te werken binnen de grenzen, die het breken van de vaten niet toelaten. Indien
de mens verzoekt juist
om die mate van correctie, waarvoor hij zijn vaten heeft voorbereid,
d.i. indien hij precies weet, wat hij nodig heeft, dan komt bij hem direct een geestelijke kracht,
die exact beantwoord aan zijn verzoek over een mogelijkheid om met de vaten van ontvangst
te werken volgens zijn anti-egoïstische bereidheid.
Indien vroeger hij slechts G”E met de aviejoet sjoresj/alef had, dan begint hij thans met de
ACha”P te werken op, laten wij zeggen, aviejoet beth. Hij gaat de traptrede katnoet over en
ontvangt het eerste niveau van gadloet, de bchiena beth, dus hij stijgt de eerste keer op. In zijn
verder werk verkrijgt hij de kracht om met de aviejoet giemel te werken, en steegt opnieuw.
En uiteindelijk verkrijgt hij de vaten van ontvangst van het niveau
dalet en stijgt voor de
derde keer, waardoor hij een volle gadloet verkrijgt. Wanneer de mens over G”E beschikt, dan
bevindt hij zich op het niveau van de Zo”N van de wereld Atsieloet. Bij de eerste keer van
gadloet stijgt hij op het niveau IesjSoe”T op, bij de tweede – op het niveau van Abba ve Iema
van de wereld Atsieloet. Bij de derde keer verkrijgt hij het niveau van de Ariech Anpien van
de wereld Atsieloet, en dus, bekleedt zich volledig op de Zo”N van de wereld Nekoediem, die
verbraken, dus hij corrigeert ten volle de Zo”N van de wereld Nekoediem. Zo, geheel
zelfstandig, door zijn eigen inspanningen keert de mens tot zijn geestelijke wortel, waardoor
hij het gehele geestelijke licht volledig in zichzelf ontvangt. De tsadiekiem (mensen die zich
permanent in de toestand van rechtvaardiging van het Bestuur van de Schepper bevinden –
vert.) zijn zielen, die zich in een bepaalde geestelijke toestand in de werelden BieJ”A
bevinden, en die zielen wensen om de Schepper volkomen te rechtvaardigen. Al onze taak is,
om het niveau tsadiek gamoer (volledige rechtvaardige) te bereiken,
wanneer alle optredens
van de Schepper ten volle worden geopenbaard. Door het zien, dat alle optredens van de
Schepper juist zijn, geeft de mens Hem de naam Rechtvaardige. Daarom ook de mens zelf
heet rechtvaardige. Indien niet alle optredens van de Schepper aan de mens geopenbaard
worden, of dat de Schepper is van hem verborgen, hetzij volledig, hetzij gedeeltelijk, dan heet
hij overeenkomstig onvolledige rechtvaardige, onvolledige zondaar of volledige zondaar.
Onze toestand en naam zijn afhankelijk slechts van de mate van openbaring van de Schepper.
Afhankelijk daarvan zullen onze wensen, dus eigenschappen, worden veranderd. Waarom
heet de ziel nesjama? Omdat
dit het meest grote licht is, die onze ziel kan ontvangen. De
wereld A”K bestaat uit 5 partsoefiem, aangezien de Schepper op alle 5 delen van de malchoet
invloed uitoefent. De Zo”N van de wereld Atsieloet zijn de hoge partsoef voor alle werelden
BieJ”A, dus hij is de insluiting van al datgene, wat zich onder de parsa en eronder bevindt.
Elke Ma”N stijgt voor alles in de Ga”R van de Zo”N van de wereld Atsieloet op. Maar de
Zo”N kunnen het verzoek van de werelden BieJ”A niet inwilligen. Zo’n licht als het licht van
correctie, of te wel, het vullingslicht, kan slechts van boven komen. Het licht, dat aanwezig
was tijdens het breken van de vaten, waar de partsoefiem van genoten en zich mee
bevredigden, lijkt niet op het licht, welk tijdens de correctie en vulling komt.
Het genieten van
dit licht geeft aan, dat ik geniet van het genieten van de Schepper. Daarom daalt zulk licht uit
de Oneindige wereld neer, dus het kan zich in de Zo”N van de wereld Atsieloet niet bevinden.
Elke beweging in de geestelijke wereld is altruïstisch. Een voorafgaande partsoef kan aan een
volgende niet geven datgene, wat voor hem schadelijk zou kunnen zijn. Een volgende partsoef
is een natuurlijke voortzetting van de ontwikkeling van een voorafgaande, dus zijn gedachten,
zijn wensen. De Galgalta heeft zich volledig uitgeput. Hij kan niet meer omwille van de
Schepper doen. Daarom wordt hem de volgende mogelijkheid geopend: nog één of andere
hoeveelheid licht te ontvangen, doch op kleinere aviejoet, dus op het niveau van de A”B, die
zet de verrichtingen van de Galgalta voort. Na de wereld Atsieloet behoren de 7 eerste sfirot
vanaf de parsa tot de chaze van de wereld Brieja (70 ama) nog, a.h.w., tot de wereld Atsieloet.
205